Microlearning Evenwichtige transitie
In de Wet toekomst pensioenen is bepaald dat sociale partners en pensioenfondsen gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor een evenwichtige transitie naar het nieuwe pensioenstelsel. De microlearning gaat in op de wet- en regelgeving en de ruimte die deze norm biedt aan sociale partners en pensioenfondsbestuurders.
Titel: Evenwichtige transitie
Logo Werken aan ons Pensioen
Welkom bij deze micro learning over de evenwichtige transitie.
Ik ben Suzanne Loeff.
En ik ben Henk-Jan Wondergem en wij werken bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan het nieuwe pensioenstelsel.
In de komende minuten willen we ingaan op het begrip evenwichtigheid.
En wat dat betekent voor sociale partners en pensioenfondsen.
Het begrip evenwichtigheid komt nogal eens terug in de wet en regelgeving.
Bijvoorbeeld als het gaat om evenwichtige besluitvorming of het evenwichtig inzetten van een reserve.
Toch is er geen wettelijke definitie van het begrip evenwichtigheid.
Wat evenwichtig is, is aan sociale partners en pensioenfonds besturen.
En afhankelijk van de specifieke kenmerken van de pensioenregeling en het deelnemers bestand.
In deze micro-learning vertellen we eerst wat over de wet en regelgeving.
Daarna zullen we dieper ingaanop de ruimte die sociale partners en pensioenfonds besturen hebben om de transitie naar een nieuw pensioenstelsel evenwichtig vorm te kunnen geven.
We sluiten af met meer informatie over de handreiking Evenwichtige transitie.
En hoe we daar via werkaanonspensioen.nl een vervolg aan blijven geven.
In de Pensioenwet staat dat alle beleidsbepalers binnen een pensioenfonds bij het nemen van besluiten de belangen van alle belanghebbenden evenwichtig moeten afwegen.
Dit betekent onder anderen dat zij zich moeten verdiepen in de verschillende belangen, een eenzijdig focus mogen hebben op een deelbelang, en bij de onderbouwing van besluiten, transparant vastgelegd wordt hoe deze verschillende belangen zijn afgewogen.
Bij de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel betekend dit, dat het uitgangspunt is dat de transitie als geheel evenwichtig moet zijn.
Daarbij moeten verschillende effecten worden meegenomen.
Het gaat om zaken als het afschaffen van de doorsnee systematiek en de overgang naar de vlakke premie.
Het wijzigen van de pensioenregeling.
Het verzoek om in te varen.
Het gebruik van de indexatie AMvB of transitie FTK.
En afspraken over compensatie.
Om vervolgens de evenwichtige belangenafweging te beoordelen, kunnen partijen gebruik maken van maatstaven en berekeningen.
Richting de toezichthouder moeten in ieder geval de transitie effecten in kaart worden gebracht.
Aan de hand van het netto of bruto profijt, en de pensioen verwachting van de overgang naar de gewijzigde pensioenuitkeringen.
Een evenwichtige transitie vereist niet dat de verandering van bijvoorbeeld het netto cohort per definitie nul moet zijn.
Wel geldt dat wanneer de effecten sterk positief of negatief zijn, het voor de hand ligt om die specifieke uitkomsten te verantwoorden.
Overigens zegt de uitkomst van de maatstaaf niet direct of een transitie evenwichtig is of niet.
Dit moet in zijn geheel worden bekeken en de uiteindelijke beoordeling, is aan sociale partners en pensioenfonds besturen.
De Pensioenwet stelt kaders en voorschriften.
Maar voor de transitie is geen ‘one-size fits all’ aanpak voor te schrijven.
Verschillende deelnemers bestanden, pensioenregelingen, beleggingsstrategieën, veranderende economische en maatschappelijke context, en ga zo maar door.
Daarom hebben alle partijen ruimte nodig om het beleid rond de transitie naar de nieuwe pensioenstelsel op een evenwichtige manier vorm te geven.
Het is van belang dat concreet wordt gemaakt wat wordt verstaan onder een evenwichtige transitie en hoe dat vertaald wordt.
Daarom spreken sociale partners de doelstellingen af die zij willen bereiken met de transitie.
Zo kunnen sociale partners bijvoorbeeld afspreken, dat ze de pensioenen van gepensioneerden niet willen korten.
En dat deelnemers die nog niet met pensioen zijn gegaan een gelijk verwacht pensioen er op na houden.
De afwegingen die tijdens de transitie moeten worden gemaakt, zullen langs deze lat van
doelstellingen worden gelegd.
Sociale partners kunnen meer dan één doelstelling hebben.
Maar ze zullen volgorde moeten aanbrengen.
De mate waarin één of meerdere doelen te behalen zijn, is afhankelijk van de financiële uitgangspositie van het fonds op het moment van invaren.
Mede daarom is het ook van belang dat duidelijk is in hoeverre het fonds de doelstelling kan en wil halen bij een hoger of lagere dekkingsgraad op het moment van invaren.
Vervolgens zijn er instrumenten om aan de doelstellingen tegemoet te komen.
Het gaat dan bijvoorbeeld om het initieel vullen van de solidariteits of risicodelingsreserve.
De wijze waarop het collectief vermogen wordt omgerekend naar individuele pensioen vermogens.
En de specifieke inrichting van het nieuw contract.
Daarnaast speelt ook compensatie een rol als het gaat om invulling geven aan de doelstelling.
Het bijzondere aan dit laatste element is dat is afgesproken dat het bieden van adequate compensatie in geval van onevenredig nadeel als vereiste in de wet is opgenomen.
Of compensatie moet worden geboden en zo ja, hoeveel dan is aan sociale partners en is van invloed op de doelstellingen die men met de transitie heeft.
Eind juni is de handreiking Evenwichtige transitie gepubliceerd.
Op werkenaanonspensioen.nl
Deze handreiking is een afspraak uit het pensioenakkoord.
En is een hulpmiddel voor sociale partners en pensioenfondsbesturen bij de te maken keuzes en een verantwoording daarover.
De handreiking bestaat uit twee onderdelen.
In het eerste deel wordt het wettelijk kader behandeld.
In het tweede deel wordt ingegaan op de overwegingen die een rol spelen bij het invullen van de ruimte die partijen hebben om hun transitie evenwichtig vorm te geven.
Ook zijn er in de handreiking enkele praktische suggesties opgenomen.
Als het gaat om het invullen van de wettelijk geboden ruimte voor de evenwichtige besluitvorming.
Zo wordt geadviseerd om diverse betrokken partijen in een vroeg stadium te betrekken.
En communicatie een belangrijk onderdeel te laten zijn van de transitie.
Naast de actuariële en juridische overwegingen.
Ook stelt de handreiking andere betrokkenen in staat om kritisch mee te kijken hoet het besluitvormingsproces van sociale partners en pensioenfondsbestuurders.
In het geval dat partijen maatregel A boven B verkiezen en niet voor C kiezen, kan dat via de handreiking mogelijk meer achtergrond bij verkregen worden.
En ook de mogelijke vóór en nadelen meer inzichtelijk te krijgen.
Op deze manier zou een verantwoordingsorgaan ook het besluitvormingsproces van het bestuur kunnen achterhalen.
Als dat niet op voorhand duidelijk is.
Hiermee wordt ook de transparantie van het besluitvormingsproces groter.
En stelt het iedereen in staat om een handzaam overzicht rondom de Evenwichtige besluitvorming te krijgen.
In het pensioenakkoord werd afgesproken dat de handreiking voor de aanvang van de transitieperiode beschikbaar zou worden gesteld.
Het doel van de handreiking was ook om de best practices met de sector te delen.
De komende jaren verwachten wij dat er nog veel goede voorbeelden rondom de evenwichtige besluitvorming tegen te gaan komen.
Voorbeelden die ook nuttig zijn om breder met elkaar te delen.
Daarom zullen we het platform werkenaanonspensioen.nl gebruiken om tijdens de transitieperiode in het verlengde van de handreikingen, actualiteiten, ervaringen en best practices te delen.
Zo vindt u binnenkort op werkenaanonspensioen.nl een interview met elke welbekende experts uit de pensioensector.
Houd werkenaanonspensioen.nl dus zeker in de gaten!
Eindleader: Meer informatie? Kijk op werkenaanonspensioen.nl
U kunt hier meer informatie vinden over het onderwerp evenwichtigheid.