Eerbiedigende werking en compensatie
Voor de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel moeten een aantal belangrijke keuzes gemaakt worden. Voordat u kunt kijken naar een contract en de (on)mogelijkheden/ het aanbod in de markt zal de werkgever eerst de vraag moeten beantwoorden of hij/zij kiest voor het overgangsrecht: de eerbiedigende werking.
Eerbiedigende werking
Eerbiedigende werking houdt in dat voor de werknemers die in dienst zijn op het moment van overstap naar het vernieuwde pensioenstelsel, de stijgende premie mag blijven gelden. Zelfs tot ná 2028. Voor deze werknemers hoeft geen overgang naar een vlakke premie plaats te vinden. Voor toekomstige werknemers (werknemers die in dienst treden ná de overstap op het vernieuwde pensioenstelsel) moet wel een vlakke premie worden gehanteerd.
De eerbiedigende werking wordt in deze animatie verder uitgelegd. Of de werkgever kiest voor eerbiedigende werking of niet: aan beide opties zijn voor- en nadelen verbonden. Het is belangrijk dat de werkgever hier een weloverwogen besluit over neemt.
Hier kunt u meer lezen over wat eerbiedigende werking inhoudt voor werkgevers die hun pensioenregeling ondergebracht hebben bij een verzekeraar of premiepensioeninstelling.
Compensatie
Als de werkgever alles overwegende ervoor kiest om de volledige overstap te maken naar het nieuwe pensioenstelsel met een vlakke premie – en dus geen gebruik maakt van de eerbiedigende werking – kan dit leiden tot een compensatievraagstuk. De overstap van het oude naar het nieuwe pensioenstelsel kan voor sommige leeftijdsgroepen nadelig uitpakken. Ook andere factoren – naast de premiesystematiek – zijn van invloed op de compensatielast. Bijvoorbeeld:
- De hoogte van de huidige premiestaffel en de vastgestelde vlakke premie.
- Verwachte rente/ rendementen.
- Het werknemersbestand (zijn er veel jonge werknemers of juist veel oudere werknemers).
Lees hier meer over compensatie voor werkgevers die hun pensioenregeling ondergebracht hebben bij een verzekeraar of premiepensioeninstelling.