Proces en kennisvergaring
Een projectplan en projectstructuur zijn handige hulpmiddelen bij het overzichtelijk maken van de transitie naar het vernieuwde pensioenstelsel.
Het vernieuwde pensioenstelsel: wat betekent het voor jou?
Pensioen is de grootste - en misschien ook wel de belangrijkste - secundaire arbeidsvoorwaarde: het gaat om inkomen voor later. Dat wil je goed regelen!
Als je fulltime werkt, werkt de gemiddelde nederlander 1 dag per week voor zijn/haar pensioen.
Toch heeft de arbeidsvoorwaarde pensioen bij werknemers vaak lang niet zoveel aandacht als bijvoorbeeld het aantal vakantiedagen, een auto van de zaak, reiskosten, werktijden of flexibel werken.
Gek want het gaat dus om 1/5 van het salaris. het is 1/5 van je loon. je ontvangt dit loon nu nog niet, maar dit is wat bepaalt of je later in de camper rijdt of in een tentje ligt. een extra vakantiedag in ruil voor 1/5 minder pensioen is dus geen goed voorstel.
Maar denk ook aan nabestaandenpensioen: het wel of niet hebben van een nabestaandepensioen is soms het verschil of de nabestaanden wel of niet in het huis kunnen blijven wonen. belangrijk om even tijd voor te nemen nu dit alles (mogelijk) gaat veranderen!
Een dag per week werk je voor jouw pensioen
Voor het goed regelen van het pensioen breekt een belangrijke tijd aan. Na een korte toelichting over de basis van ons pensioenstelsel volgt een korte uiteenzetting van de wijzigingen en wat dit betekent voor jou als werknemer.
Ons pensioenstelsel
Het Nederlandse pensioenstelsel bestaat uit 3 pijlers: De basis via de overheid, de aanvullende pensioenopbouw via de werkgever en individuele pensioenverzekeringen/spaargeld.
De 1e pijler
De AOW vormt de 1e pijler van het pensioenstelsel (samen met de ANW voor het overlijdensrisico en de WIA/WAO voor het arbeidsongeschiktheidsrisico). De ANW ontvang je als je aan de voorwaarden voldoen én voor de WIA/WAO is één van de voorwaarden dat je een werknemer bent op het moment dat je (deels) arbeidsongeschikt wordt. Echter iedereen die in Nederland woont of werkt, bouwt automatisch AOW op. Het is het basisinkomen om te kunnen rondkomen. De hoogte van de AOW wordt jaarlijks aangepast aan de ontwikkeling van het minimumloon.
De 2e pijler
De 2e pijler is pensioenopbouw via de werkgever. Zo’n 90% van de werkgevers heeft een aanvullende pensioenregeling. Hierdoor krijgen gepensioneerde werknemers een aanvullende uitkering bovenop de AOW-uitkering. Meestal betalen werkgevers ongeveer 2/3 van de totale pensioenpremies en werknemers 1/3 deel. Pensioenfondsen beleggen de premies om later aanvullend pensioen uit te kunnen betalen. De pensioenregeling omvat altijd een ouderdomspensioen en in de meeste gevallen ook een nabestaanden en arbeidsongeschiktheidspensioen/premievrije pensioenopbouw bij arbeidsongeschiktheid. De voorwaarden voor en de hoogte van uitkering verschillen per pensioenregeling.
De 3e pijler
Individuele verzekeringen vormen de 3e pijler. Bijvoorbeeld lijfrenten en levensverzekeringen. Daarmee spaar je fiscaal aantrekkelijk voor extra pensioen. Naast individuele verzekeringen is er natuurlijk spaargeld dat kan dienen als inkomen tijdens de oude dag/arbeidsongeschiktheid.
Wat is jouw situatie?
Jouw situatie is uniek en onder andere afhankelijk van de regeling bij jouw (voormalig) werkgever(s). Er zijn handige websites met uitleg over de verschillende soorten pensioenregelingen (bijvoorbeeld bij het Nibud en wijzeringeldzaken) en wat jouw specifieke pensioensituatie is (op de site van mijnpensioenoverzicht of in de ‘mijnomgeving’ van jouw pensioenfonds).
Wat gaat er veranderen?
Het kabinet heeft samen met werknemers- en werkgeversorganisaties een pensioenakkoord gesloten met nieuwe afspraken over pensioenen en AOW. Die moeten het pensioenstelsel transparanter en persoonlijker maken. Een aantal afspraken zijn:
- Transparanter en persoonlijker pensioenstelsel
- AOW-leeftijd stijgt minder snel
- Betere pensioenafspraken voor vervroegd stoppen met werken voor mensen met zware beroepen
- Extra keuzerecht voor iedereen bij pensioen
- Beter nabestaandenpensioen
- Verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen
Er is de afgelopen jaren veel veranderd in onze samenleving. De demografie, economie en arbeidsmarkt zijn anders. Mensen worden steeds ouder, er zijn minder werkenden ten opzichte van gepensioneerden. Mensen werken niet meer hun hele leven bij een werkgever, maar veranderen vaker van baan of gaan ondernemen.
Het is belangrijk dat het pensioenstelsel hierop aansluit. Daarom heeft het kabinet samen met werknemers- en werkgeversorganisaties een pensioenakkoord gesloten met nieuwe afspraken over pensioenen en AOW.
- [Video] Rijksoverheid, ‘Een nieuw pensioenstelsel: waarom eigenlijk?’
- [Video] Rijksoverheid, ‘Een nieuw pensioenstelsel, wat betekent dat voor u?’
- [Video] RTLZ ‘Het nieuwe pensioenstelsel: Hoe werkt het?’
Ook jouw pensioenregeling verandert
Alle pensioenregelingen in Nederland gaan veranderen: ook die van jou! Een belangrijke vraag is óf die voor jou geregeld wordt óf dat jij wat moet doen.
*In veel bedrijfstakken zijn de afspraken over de arbeidsvoorwaarden pensioen onderdeel van collectieve afspraken (bijvoorbeeld een cao of verplichtstelling). Als werknemer hoef je dan niets te doen.
**Daar waar geen collectieve afspraken zijn gemaakt moeten de werkgever en de werknemers zelf nieuwe afspraken maken. In wat grotere ondernemingen behartigt de ondernemingsraad vaak de belangen van de werknemers. In wat kleinere ondernemingen is dit de personeelsvertegenwoordiging. Ook dan zullen de werknemers (in beginsel) individueel moeten instemmen met de wijzigingen maar de ondernemingsraad/personeelsvertegenwoordiging zal de werknemers voorlichten en namens de werknemers met de werkgever in gesprek gaan.
***Dit document is bedoeld voor werknemers waar geen verplichtstelling, geen cao, geen ondernemingsraad/personeelsvertegenwoordiging is die het proces op weg naar een gewijzigde pensioenregeling onder het vernieuwde pensioenstelsel overneemt/begeleidt.
Waar te beginnen?
Pensioen is een arbeidvoorwaarde. De pensioenafspraken maken deel uit van de arbeidsovereenkomst. Net als de werktijden, het salaris, het aantal vrije dagen, kan een werkgever deze afspraken in principe niet wijzigen zonder jouw instemming. Ook met een wetswijziging kan de werkgever niet zonder jouw instemming veranderingen doorvoeren. Dat de pensioenregeling moet veranderen staat vast, maar wat er voor in de plaats komt moeten jullie samen afspreken.
Hoe de voorstellen van de werkgever te beoordelen?
Vragen die je zou kunnen stellen:
- Ouderdomspensioen - Als ik mijn hele leven bij deze werkgever blijf werken: Wat is dan mijn pensioen bij de oude regeling? En wat bij de nieuwe regeling?
- Nabestaandenpensioen - Als ik overlijd wat is er dan voor mijn nabestaanden? Verandert dat met de nieuwe pensioenregeling?
- Arbeidsongeschiktheidspensioen - Wat als ik een ongeluk krijg en arbeidsongeschikt wordt: bouw ik dan nog wel pensioen op? Hoe is dat nu en hoe is dat straks?
- Premie - Wat is de pensioenpremie nu (en welk deel voor werkgever en welk deel voor werknemer) en wat is deze straks?
- Open vraag - Wat verandert er precies (voor mij)?
Leuk dat ‘samen’, maar hoe weet je nu of het voorstel van de werkgever een goed/gelijkwaardig voorstel is? Natuurlijk is de eerste optie om dit te vragen aan de werkgever (en zijn/haar adviseur).
Natuurlijk is de eerste optie om dit te vragen aan de werkgever (en zijn/haar adviseur).
Voel je niet bezwaard om vragen te stellen. De werkgever moet deze informatie sowieso uitzoeken. Omdat de werkgever de pensioenregeling heeft ondergebracht bij een verzekeraar of premiepensioeninstelling (ppi) kan de werkgever ervoor kiezen om gebruik te maken van het overgangsrecht. In dat geval verandert er voor de groep werknemers die al in dienst zijn als het vernieuwde pensioenstelsel ingaat niet veel aan de pensioenregeling.
Als de werkgever geen gebruik maakt van het overgangsrecht en een nieuwe pensioenregeling wil afspreken die voldoet aan de nieuwe Wet Toekomst Pensioenen moet de werkgever een zogenoemd transitieplan opstellen waarin hij/zij de keuzes onderbouwt en aangeeft wat de gevolgen zijn voor (de verschillende groepen) werknemers.
Ook met een transitieplan en de uitleg van de werkgever (en zijn/haar adviseur) blijft het complexe materie. Je zou kunnen vragen of er mogelijkheden zijn dat jij (samen met jouw collega’s) de voorstellen met een eigen adviseur bespreekt. De bereidheid hiertoe zal per werkgever verschillen. Een werkgever die deze mogelijkheid niet biedt zal een zwaardere informatieplicht hebben: je moet wel weten waar je mee instemt. Kortom: stel je vragen en vraag door!
TIP: Vraag je werkgever een sessie te organiseren voor alle werknemers om het pensioenvraagstuk te bespreken: wat gaat er veranderen? Wanneer gaat dit gebeuren? En waar kun je met je vragen terecht?
TIP: Als je je wat meer wil verdiepen in de inhoud kijk dan eens bij de stappenplannen voor de ondernemingsraad op dit informatieplatform. Deze stappenplannen gaan wat dieper in op de materie, waar je als werknemer ook je voordeel mee kunt doen.
Wanneer
In het wetsvoorstel is opgenomen dat iedereen uiterlijk 1 januari 2027 over moet zijn naar het vernieuwde pensioenstelsel. Uiterlijk 1 januari 2025 moet de werkgever het transitieplan hebben opgesteld. 2025/2027 lijkt ver weg, maar dit zijn uiterste deadlines. Overstappen kan volgens de wetgeving – naar verwachting - al vanaf 1 januari 2023. Wanneer komt dit bij jullie aan de orde? Wat is het plan van jouw werkgever: een goede eerste vraag!
- [Video] AON ‘Tijdlijn pensioenakkoord’
De informatie in deze stap is algemeen van aard en mogelijk niet volledig. Lees hier meer.