Wat is het transitieplan?

Het doel van het transitieplan is het verstrekken van informatie over de overstap naar het nieuwe pensioenstelsel. In het transitieplan legt de werkgever de gemaakte keuzes en onderliggende overwegingen en berekeningen vast.

Wat gebeurt er met de opgebouwde pensioenaanspraken en -rechten? Wat zijn voor de verschillende groepen werknemers de effecten van de overstap voor het ouderdoms-, nabestaanden,- en arbeidsongeschiktheidspensioen? En waarom is de overstap naar het nieuwe pensioenstelsel – het totaal aan gemaakte keuzes – evenwichtig? De wet schrijft namelijk voor dat de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel niet tot onevenredig nadeel mag leiden voor groepen werknemers.

Inhoud transitieplan

Het transitieplan moet minimaal de volgende onderdelen bevatten: 

*Lees hier meer over de contractkeuze voor een premieregeling en de inrichting daarvan bijvoorbeeld met een risicodelingsreserve. 
**Lees hier meer compensatie en de overstap naar een vlakke premie. 

Microlearning transitieplan

In deze microlearning wordt het wettelijk kader toegelicht en een aantal aandachtspunten meegegeven. Voor meer informatie vanuit het perspectief van de werkgever klik hier

Beeldtitel:
Het transitieplan

Welkom bij deze microlearning over het transitieplan.

Mijn naam is Monique van der Ligt. 

En ik ben Petra van Straten. We zijn werkzaam bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. En wij zullen in deze microlearning het wettelijk kader rond het transitieplan bespreken en een aantal aandachtspunten geven.

In het arbeidsvoorwaardelijke overleg maken werkgevers en werknemers of hun vertegenwoordigers, die noemen we hierna allemaal partijen, afspraken over het overstappen naar de nieuwe premieregeling en over de manier hoe wordt omgegaan met opgebouwde pensioenaanspraken en -rechten.

In het transitieplan worden alle keuzes, overwegingen en berekeningen, die ten grondslag liggen aan die gemaakte afspraken weergegeven.

Het transitieplan dient te worden opgesteld, ongeacht waar de pensioenregeling is ondergebracht, bij een pensioenfonds, een verzekeraar of een premiepensioeninstelling.

Kortom, in het transitieplan staat de pensioenregeling omschreven, de verantwoording waarom voor deze regeling is gekozen. En hoe ervoor gezorgd gaat worden dat er sprake is van een evenwichtige overstap.

De wet schrijft voor dat een transitieplan in ieder geval een aantal onderdelen dient te bevatten. Ook indien in bepaalde onderdelen niet van toepassing zijn, is het wel van belang dat partijen hierover het gesprek hebben gevoerd. En in het transitieplan aangeven waarom iets niet van toepassing is. Het transitieplan is vormvrij en het is aan partijen om kritisch te zijn op de kwaliteit, compleetheid en actualiteit.

In het transitieplan wordt het karakter van de pensioenregeling aangegeven, betreft het een solidaire premieovereenkomst, een flexibele premieovereenkomst, of een premie-uitkeringovereenkomst.

Vervolgens wordt inzicht geboden in de vraag hoe wordt omgegaan met de bestaande pensioenaanspraken en -rechten en de overwegingen daarbij. Voor pensioenfondsen geldt het standaard invaarpad en in het transitieplan wordt gemotiveerd of hier dan wel of geen gebruik van wordt gemaakt.

De overgang naar een nieuwe pensioenregeling kan per leeftijdscohort anders uitpakken. Het transitieplan biedt daarom een overzicht van deze effecten aan de hand van voorgeschreven maatstaven. Daarnaast dient inzichtelijk te worden gemaakt wat het effect is als gebruik wordt gemaakt van het transitie-FTK door pensioenfondsen.

En afhankelijk van deze uitkomsten zullen er afspraken gemaakt moeten worden over compensatie, een vierde onderdeel van het transitieplan. Immers, een evenwichtige overstap vergt dat het nadeel van het afschaffen van de doorsneesystematiek voor de betreffende deelnemers adequaat en kostenneutraal wordt gecompenseerd. Het transitieplan maakt daarmee tevens inzichtelijk in welke mate, welke bron wordt ingezet om de benodigde compensatie te financieren.

Indien van toepassing biedt het transitieplan inzicht in de onderbouwing van de afspraken die zijn gemaakt over de initiële vulling van de solidariteitsreserve of de risicodelingsreserve.

Tot slot geldt nog voor pensioenfondsen dat zij vooraf vastleggen hoe ze met veranderende omstandigheden omgaan. Dit valt onder de noemer van complete besluitvorming.

Op het element complete besluitvorming gaan we wat dieper in. Tussen het moment van het afronden van het transitieplan en het daadwerkelijke moment van implementatie van de nieuwe pensioenregeling en het invaren, kan de financiële positie van pensioenfondsen door het optreden van financiële, economische, andersoortige schokken anders zijn dan verwacht. Hier zou rekening mee gehouden moeten worden.

In het transitieplan zal daarom worden vastgelegd welke doelstellingen partijen van belang vinden voor een evenwichtige transitie. En dus ook welke voorrangsregels gelden als onverhoopt niet alle doelen gehaald kunnen worden. Partijen moeten dus vooraf bepalen met welke maatstaven de doelen worden gemeten en binnen welke bandbreedtes afwijkingen van die doelen zijn toegestaan. 

Met complete besluitvorming wordt zoveel mogelijk voorkomen dat partijen weer terug naar die onderhandelingstafel moeten als er een schok heeft plaatsgevonden.

Het pensioenfonds zal deze informatie vertalen in bandbreedtes van dekkingsgraden waarbinnen de opdracht kan worden uitgevoerd.

Het wijzigen van een pensioenregeling kan op collectief niveau plaatsvinden, of op niveau van de individuele werkgever. Deze situatie is niet anders dan nu het geval is bij het wijzigen van een pensioenregeling. Hier gelden de bekende wijzigingsregels voor. Het transitieplan het document waarin de afspraken zijn opgenomen en onderbouwd, vereist geen instemming of advies van de medezeggenschapsorganen of van de deelnemer.

Het transitieplan is natuurlijk wel een belangrijk informatiedocument, in het proces waarin de pensioenregeling wordt gewijzigd. Het transitieplan bevat immers onderbouwing voor de gemaakte keuzes. Het transitieplan wordt dan ook ter beschikking gesteld aan de medezeggenschapsorganen en aan de deelnemer.

Gepensioneerden en gewezen deelnemers zijn veelal, minder betrokken bij de onderhandelingen of de nieuwe pensioenregeling. Daarom is er voor deze verenigingen van gewezen deelnemers en verenigingen van gepensioneerden een hoorrecht ten aanzien van het transitieplan geïntroduceerd.

Uiteraard kan het hoorrecht pas plaatsvinden indien het concept-transitieplan gereed is. Een oordeel van deze vereniging is niet bindend, maar biedt wel de mogelijkheid om de ingebrachte standpunten van deze verenigingen te betrekken en te wegen bij het finaliseren van het transitieplan. Het is daarbij voorstelbaar dat partijen al vroegtijdig contact hebben met deze verenigingen die zich reeds hebben gemeld. Deze partijen moeten immers zorgen dat er een evenwichtig transitieplan ligt, waarvoor de genoemde verenigingen mogelijk waardevolle inzichten kunnen meegeven.

Ter afsluiting van deze microlearning over het transitieplan, willen wij u graag nog een zestal aandachtspunten meegeven.

Om te beginnen houd in uw planning van de arbeidsvoorwaardelijke onderhandelingen rekening met de gestelde wettelijke mijlpalen. En het feit dat verenigingen van gepensioneerden en verenigingen van gewezen deelnemers tijdig gehoord worden.

Ten tweede hoeft u niet alles zelf te doen. U kunt voor onderdelen van het transitieplan een beroep doen op uw pensioenuitvoerder of pensioenadviseur. Bijvoorbeeld om berekeningen aan te leveren voor het transitieplan. Neem hiervoor tijdig contact met hen op. Wel blijft u zelf verantwoordelijk voor het transitieplan.

Indien u er in de arbeidsvoorwaardelijke fase samen niet uitkomt, kunt u zich gezamenlijk wenden tot de Transitiecommissie. De Transitiecommissie biedt in de arbeidsvoorwaardelijke fase onpartijdige ondersteuning bij het maken van afspraken, maar neemt de daadwerkelijke besluitvorming niet over.

Indien er gebruik wordt gemaakt van eerbiedigende werking, hoeft u als werkgever geen transitieplan op te stellen. U wordt aangeraden om in dit geval toch een verkort transitieplan te maken met afwegingen die geleid hebben tot deze keuze. Het transitieplan vormt dan ook in deze situatie een belangrijk informatiedocument, zowel voor de pensioenuitvoerder als voor de deelnemers. Het vijfde aandachtspunt.

En tot slot het transitieplan is vormvrij. Om de sector te ondersteunen zijn er twee sjablonen ontwikkeld. Eén voor partijen die hun regeling onderbrengen bij een pensioenfonds en één voor partijen die hun regeling onderbrengen bij een verzekeraar. Deze zijn te vinden op de website werkenaanonspensioen.nl waar u tevens nadere informatie vindt over de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel.

Eindleader
Meer informatie? 
Kijk op werkenaanonspensioen.nl