Financiële effecten van de transitie
De overstap naar het nieuwe pensioenstelsel dient evenwichtig te zijn. Dit kan betekenen dat bepaalde leeftijdscohorten gecompenseerd dienen te worden. Bij het bepalen van mogelijk nadeel voor groepen deelnemers kan een onderscheid worden gemaakt tussen de financiële effecten van de transitie als gevolg van:
- afschaffing van de doorsneesystematiek
- de transitie naar een pensioenregeling onder het vernieuwde pensioenstelsel
Afschaffing doorsneesystematiek
De overstap naar een premieregeling met een vlakke premie kan ertoe leiden dat deelnemers in de gewijzigde pensioenregeling minder pensioen gaan opbouwen dan het geval zou zijn geweest bij het voortzetten van de premiesystematiek. Deelnemers die ongeveer halverwege hun loopbaan zijn hebben de eerste helft van hun loopbaan ‘te weinig’ opbouw gekregen voor hun inleg maar gaan door de overstap op een vlakke premie in de tweede helft van hun loopbaan niet meer ‘teveel’ opbouwen.
Onderstaande afbeelding laat dit schematisch zien.
De transitie naar een pensioenregeling onder het vernieuwde pensioenstelsel
Om te beoordelen of bepaalde leeftijdsgroepen moeten worden gecompenseerd dienen de gevolgen van de overstap naar het nieuwe pensioenstelsel in onderlinge samenhang te worden bekeken. Negatieve effecten van de overstap op een vlakke premie kunnen mogelijk (deels) wegvallen tegen de positieve effecten van het vernieuwde stelsel. De buffereisen van het huidige financieel toetsingskader komen in het nieuwe pensioenstelsel te vervallen. Dit betekent dat een pensioenfonds minder reserves in kas hoeft te houden waardoor naar verwachting pensioenen eerder kunnen worden verhoogd. Waar nu een belangrijk deel van het rendement gaat naar de opbouw van buffers, zal in het nieuwe pensioenstelsel rendement eerder worden uitgekeerd.
De combinatie van het effect van het afschaffen van de doorsneesystematiek én de overstap naar het nieuwe pensioenstelsel is in onderstaande afbeelding weergegeven.